Boekweitpannenkoeken waren ooit populairder en betaalbaarder in dorpen dan lichte pannenkoeken gemaakt van tarwebloem. Het recept voor hun bereiding is tot op de dag van vandaag bewaard gebleven. En het lijkt meer op een culinair genot dan op een primitief gerecht.
Wat is er bij de hand?
Traditionele boekweitpannenkoeken worden vrij vers gemaakt en geserveerd met zoute, pittige, vaak vleesvullingen. Moderne snoepliefhebbers kunnen echter blij zijn met de dessertversie van dit gerecht. Maar met één voorbehoud. Zoete pannenkoeken worden gebakken van een mengsel van tarwe- en boekweitmeel. Ze worden dus zachter, lichter en scheuren niet.
Om precies zulke pannenkoeken te bereiden, moet je bij de hand hebben:
- 120 gram boekweitmeel;
- 200 gram tarwebloem;
- 1 liter melk (licht aangezuurd);
- 2 kippeneieren;
- 1, 5 eetlepels suiker;
- 1 theelepel bakpoeder;
- 0,5 theelepel zout;
- 5 eetlepels zonnebloemolie (geurloos, geraffineerd).
Hoe boekweitpannenkoekjes te koken
Eerst moet je de melk in een diepe container gieten. Het is beter als het zuur is, maar niet dik, niet gestremd. Voeg er dan eieren aan toe en breek ze goed met een garde.
Een belangrijke nuance is het juiste gebruik van meel. Tarwebloem wordt eerst grondig gemengd met soda, zodat er geen klontjes zijn, gezeefd. Voeg er dan suiker en zout aan toe. En pas na deze manipulaties wordt het resulterende droge mengsel naar een kom voor melk gestuurd. Begin voorzichtig te roeren, boekweitmeel wordt daar toegevoegd (je hoeft het niet te zeven). Wanneer het deeg een homogene consistentie is geworden, wordt de gespecificeerde hoeveelheid olie erin gegoten, licht roerend met een garde. En dan een halve minuut kloppen met een mixer. Het resulterende deeg wordt ongeveer een half uur in de kamer gelaten, er moeten luchtbellen op het oppervlak verschijnen, de klonten zullen bezinken, de pannenkoeken zullen gladder zijn.
Om nokpannenkoeken te gaan bakken, vet de pan in met boter of spek en verwarm goed. En dan kun je het deeg met een pollepel gieten, het gelijkmatig in de pan verdelen en het een ronde vorm geven. Voeg voor elke volgende pannenkoek olie toe aan de pan zodat niets aanbrandt.
Een kant-en-klare stapel boekweitpannenkoeken kan worden geserveerd met honing, jam, chocolade of yoghurt - het hangt allemaal af van smaak en verbeeldingskracht. Als de pannenkoeken dun genoeg zijn, kun je er een vulling van kwark met suiker voor maken en ze in een envelop wikkelen.
Je kunt ook bestrijken met karamel of ahornsiroop en rollen. Een soort boekweitpannenkoekentaart zal blijken als je de pannenkoeken invet met je favoriete room en decoreert met slagroom en bessen.