Sinaasappel is een van de meest geteelde fruitgewassen. Sappige sinaasappelpulp heeft een verfrissende zoetzure smaak en bevat veel gezondheidsvoordelen.
De sinaasappelboom is een hybride van pomelo en mandarijn. Sinaasappel begon ongeveer 4000 jaar geleden te worden verbouwd in Zuidoost-Azië. Het is bekend dat de sinaasappel rond 2500 voor Christus naar China werd gebracht, van waaruit hij in de 15e eeuw samen met Portugese zeelieden naar Europa kwam. De sinaasappel werd tijdens de tweede expeditie van Columbus naar Amerika gebracht. Momenteel worden er meer dan honderd variëteiten van deze aromatische citrusvrucht geteeld.
Vitaminen in sinaasappels
De belangrijkste vitamine waar sinaasappels rijk aan zijn, is vitamine C. Eén middelgrote vrucht kan volledig voldoen aan de dagelijkse behoefte van een volwassene aan ascorbinezuur. Daarnaast bevatten sinaasappelen veel andere vitamines, waaronder caroteen, tocoferol, biotine, choline, niacine en B-complex.
Naast vitamines zijn sinaasappelvruchten ook rijk aan andere gezonde stoffen: mineralen (kalium, fosfor, ijzer, calcium, koper, magnesium, zink, jodium, mangaan, boor en kobalt), organische zuren, voedingsvezels, pectine, flavonoïden, fytonciden, aminozuur methionine en vitamine-achtige stof inositol.
Nuttige eigenschappen van sinaasappelen
Dankzij een verscheidenheid aan vitamines en mineralen verbetert het gebruik van sinaasappels de peristaltiek, onderdrukt het rottingsprocessen in de darmen, verhoogt het de immuniteit, verlaagt het cholesterolgehalte, voorkomt vasculaire blokkades, vertraagt het verouderingsproces, normaliseert hoge bloeddruk, geneest het zenuwstelsel en heeft een tonisch effect.
Voedingsvezels en pectine in sinaasappelpulp helpen ook bij een betere vertering van voedsel. Bovendien zorgen ze ervoor dat je snel honger kunt verlichten, wat belangrijk is voor mensen die willen afvallen. Een andere nuttige eigenschap van pectine is het vermogen om een verscheidenheid aan giftige stoffen (zware metalen, radionucliden en landbouwpesticiden) te absorberen en uit het lichaam te verwijderen.
Flavonoïden versterken de wanden van bloedvaten. Dit effect wordt versterkt door vitamine C, dat in sinaasappelen in overmaat zit. Fytonciden hebben antimicrobiële activiteit en verbeteren de hartfunctie. Methionine en inositol hebben een lipotroop effect: ze normaliseren het lipiden- en cholesterolmetabolisme, verbeteren de leverfunctie en voorkomen vetafzetting daarin. Methionine heeft ook een mild antidepressief effect, omdat het de synthese van adrenaline beïnvloedt.
