Een heerlijke omelet is het perfecte gerecht waar velen graag een nieuwe dag mee beginnen. Om een omelet geurig en luchtig te maken, heb je niet alleen de meest verse eieren nodig, maar ook kennis van enkele kookgeheimen.
De klassieke omelet bestaat uit eieren, melk en toppings naar de smaak van de kok. Melk en eieren moeten grondig worden gemengd, niet met een mixer, maar met een vork of garde. De vulling in de omeletmassa wordt als laatste toegevoegd, alleen zo wordt het zo luchtig mogelijk. Als je een omeletsoufflé wilt maken, klop dan de eiwitten apart en voeg de dooiers en melk toe aan het toch al elastische eiwitschuim. Voor de dieetoptie worden alleen eiwitten gebruikt en voor een dichtere omelet worden dooiers gebruikt.
Als er veel vloeistof in de omelet zit, valt deze er snel af na het koken, dus het wordt als optimaal beschouwd om de helft van de melkschaal voor één ei te gebruiken.
De omelet moet altijd onder het deksel worden gekookt, zonder dat deze aanbrandt. Eerst moet je het vuur zoveel mogelijk verhogen, en wanneer de omelet opkomt en sterker wordt, moet het vuur tot een minimum worden beperkt. In dit geval kan de afgewerkte omelet gemakkelijk van de pan naar de plaat worden overgebracht - deze zal gemakkelijk vanzelf wegglijden.
Als u bloem aan de omelet wilt toevoegen, moet u onthouden dat de hoeveelheid niet hoger mag zijn dan 1,5 theelepel per 4 eieren.
Een weelderige omelet vereist niet alleen hoogwaardige ingrediënten, maar ook de juiste pan. Idealiter zou het gietijzer moeten zijn of met een zeer dikke bodem. Het is raadzaam om de hoes te gebruiken met een gat waardoor overtollig vocht naar buiten zal komen.
Zorg ervoor dat je de omelet in plantaardige olie bakt met een kleine toevoeging van boter, dit zal het gerecht malser en aromatischer maken.
Het wordt niet aanbevolen om greens aan de omeletmassa toe te voegen, het is het beste om het op een kant-en-klaar gerecht te strooien, het zal geurig en gezond blijken te zijn vanwege de vitamines die in de greens zijn bewaard.