Een tortilla is een plat rond meelproduct dat in speciale ovens wordt gebakken of gebakken. De populariteit van platte cakes in veel landen van de wereld is erg moeilijk te overschatten - en voor sommige mensen (bijvoorbeeld Armeniërs en Oezbeken) zijn ze ook traditioneel brood, iets anders qua recept.
Oezbeekse flatbread
De Oezbeekse flatbread verschilt van de Armeense lavash doordat er vetstaartvet aan de samenstelling wordt toegevoegd en het product zelf wordt gebakken in een tandoor. Bovendien heeft het een vrij grote vorm - groter dan de diameter van een soepkom. Om een Oezbeekse flatbread te maken, heb je 1 kilogram tarwebloem, 2 glazen melk, 50 gram gist, 0,5 theelepel suiker, 150-200 gram vetstaartvet en 1 theelepel zout nodig.
Gist wordt verdund in warme melk met suiker, en gesmolten vetstaart wordt in de voorgezeefde bloem gegoten en zout wordt toegevoegd. Voeg dan melk met gist toe, kneed het deeg en laat het omhoog komen. De Oezbeekse flatbread kan in een stedelijke omgeving worden bereid met een conventionele oven in plaats van de traditionele tandoor.
Na het rijzen van het deeg, rol je de cakes eruit met een deegroller, duw je een kuiltje in het midden en prik je er met een vork in. Het bereide Oezbeekse platbrood wordt vijftien tot twintig minuten onder een servet bewaard en vervolgens twintig minuten gebakken in een voorverwarmde oven. Dit meelproduct kan zowel als zelfstandig brood worden geserveerd of als basis voor het bereiden van verschillende gerechten, waaronder broodjes met verse kruiden, kaas en ham.
Armeens flatbread
De Armeense flatbread (lavash) bevat, in tegenstelling tot de Oezbeekse, geen vetstaartvet (het wordt vervangen door boter) en wordt ook gebakken in een droge voorverwarmde koekenpan. Bovendien is het bescheidener van formaat en dikte. Om lavash te bereiden heb je 500 gram tarwebloem, 1 glas warm water, 8 gram droge of 20 gram verse gist, 50 gram boter en een snufje zout nodig. Alvorens lavash te maken, moet tarwebloem meerdere keren zorgvuldig worden gezeefd.
Allereerst moet je een ¼ glas water met de gist mengen en wachten tot ze beginnen te spelen. Vervolgens wordt de rest van het water, zachte boter, zout en gezeefde bloem eraan toegevoegd, waarna ze het deeg kneden en wachten tot het rijzen. Daarna moet het deeg in vijf tot zes stukken worden verdeeld, waaruit balletjes met een diameter van vijf tot zes centimeter worden gerold.
Elke bal wordt in de dunst mogelijke cake gerold, in een hete droge koekenpan geplaatst en tien tot vijftien seconden aan elke kant gebakken op middelhoog vuur. Nadat het pitabroodje wit is geworden en gaat bubbelen, moet het onmiddellijk worden omgedraaid, zodat het niet uitdroogt. Kant-en-klare Armeense flatbreads worden tussen vochtige doekjes geplaatst en na een tijdje op tafel geserveerd.